Bestemmingsplan "Kom Schaijk"
Artikel 17- Agrarische doeleinden -A-

Algemene
doeleinden  
Lid 1.   De gronden die op de plankaart zijn aangewezen als 'Agrarische doeleinden -A-' zijn bestemd voor:  
    a.   grondgebonden agrarische activiteiten;  
    b.   weiland en landbouwgrond;  
    c.   paden en wegen;  
    d.   sloten;  
    e.   de bij sub a t/m sub d behorende terreinen, voorzieningen en bouwwerken.  
           
Strijdig gebruik   Lid 2.   Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken als bedoeld in artikel , wordt in elk geval gerekend het volgende gebruik:  
    a.   het opslaan of bergen van gebruikte, afgedankte c.q. aan de oorspronkelijke bestemming onttrokken goederen, voorwerpen of materialen, behoudens voor zover noodzakelijk in verband met het op de bestemming gerichte gebruik van de gronden;  
    b.   het opslaan, opgeslagen houden, storten of lozen van vaste of vloeibare afvalstoffen, behoudens voor zover dat noodzakelijk is in verband met het op de bestemming gerichte gebruik van de gronden;  
    c.   het plaatsen of geplaatst houden van onderkomens;  
    d.   opslag en verkoop van motorbrandstoffen;  
    e.   opslag en verkoop van vuurwerk;  
    f.   verblijfsrecreatie;  
    g.   parkeervoorzieningen.  
           
  Lid 3.   Het bepaalde in lid 2, sub a en sub b is niet van toepassing voor zover het betreft:  
    a.   tijdelijke opslag van materialen en werktuigen, welke nodig zijn voor de realisering en/of handhaving van de in het plan aangewezen bestemming;  
    b.   opslag in het kader van het normale onderhoud van de gronden.  
           
Bouwvoorschriften   Lid 4.   Voor het bouwen gelden de volgende bepalingen:  
Algemeen     a.   op de in lid 1 bedoelde gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de genoemde doeleinden worden gebouwd;  
    b.   er mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde worden gebouwd.  
Bouwwerken geen gebouwen zijnde   Lid 5.   Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende bepalingen:  
    a.   bouwwerken, geen gebouwen zijnde, moeten voldoen aan de volgende maatvoeringseisen:  

      Bouwwerken, geen gebouwen zijnde   Maximale bouwhoogte  
      terreinafscheidingen   1,5 m1  
      overige bouwwerken   3 m1  

Bijzondere
bepalingen  
Lid 6.   Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen overeenkomstig het bepaalde in artikel 28.