Bestemmingsplan "Kom Schaijk"
Artikel 31- Algemeen toetsingskader bijzondere bepalingen

Functie   Lid 1.   De in dit lid genoemde criteria gelden in ieder geval als (mede)toetsingskader voor het stellen van nadere eisen, het verlenen van vrijstelling en de nadere uitwerking ex artikel 11 WRO.  
           
Stedenbouwkundige kwaliteit en beeldkwaliteit   Lid 2.   Ten aanzien van de stedenbouwkundige en beeldkwaliteit moet in ieder geval rekening gehouden worden met de volgende aspecten:  
    a.   de verhouding tussen bouwmassa en open ruimte;  
    b.   de verhouding tussen de hoogte en de breedte van de gebouwen;  
    c.   de samenhang van de bouwvorm, bouwmassa, hoogte en breedte van gebouwen met de directe omgeving;  
    d.   de situering van de gebouwen op het bouwperceel.  
           
Milieukwaliteit
en overige  
Lid 3.   Ten aanzien van de milieukwaliteit moet in ieder geval rekening gehouden worden met de volgende aspecten:  
waarden     a.   de mate van hinder voor de omliggende functies;  
    b.   de gevolgen voor de externe veiligheid; hieronder wordt verstaan het overlijdensrisico als gevolg van activiteiten met gevaarlijk stoffen;  
    c.   de gevolgen van de aanwezigheid van gevoelige functies voor de hinderlijke functies;  
    d.   de gevolgen voor flora en fauna in relatie met de omgeving;  
    e.   de gevolgen voor de bodem- en grondwaterkwaliteit;  
    f.   de gevolgen voor het archeologisch bodemarchief.  
           
Verkeers-
veiligheid  
Lid 4.   Ten aanzien van de verkeersveiligheid moet in ieder geval rekening gehouden worden met de volgende aspecten:  
    a.   de mate van toename van de verkeersintensiteit als gevolg van het gebruik van de gronden;  
    b.   de aansluiting van in- en uitritten op de openbare weg;  
    c.   de gevolgen voor het zicht op de openbare weg c.q. fiets- en voetpaden;  
    d.   de aanwezigheid van voldoende laad- en losruimte.  
    e.   de mogelijkheden voor de verbetering van toezicht op en de overzichtelijkheid en toegankelijkheid van een sociaal onveilige plek;  
    f.   de mate waarin het toezicht op en de overzichtelijkheid en toegankelijkheid van een openbare ruimte wordt ingeperkt.  
           
Brandveiligheid en rampen-
bestrijding  
Lid 5.   Ten aanzien van de brandveiligheid en rampenbestrijding moet in ieder geval rekening gehouden worden met de volgende aspecten:  
    a.   de aanwezigheid van vluchtwegen;  
    b.   de bereikbaarheid van de bouwwerken;  
    c.   de beschikbaarheid en bereikbaarheid van adequate blusmiddelen.  
           
Woon- en
leefklimaat  
Lid 6.   Ten aanzien van het woon- en leefklimaat moet in ieder geval rekening gehouden worden met de volgende aspecten:  
    a.   de toename van het verkeer en de parkeerbehoefte;  
    b.   overlast door lawaai, stank en/of trillingen;  
    c.   de bezonning;  
    d.   het uitzicht;  
    e.   privacy.